"Huttentocht" door de Vivarais Cévenol


Covid 19 heeft onze vakantieplanning overhoop gegooid.
Portugal met het vliegtuig werd op een zijspoor gezet. Als onderdeel van een Frankrijk 10-daagse met de auto had ik voor ons een 5 daagse bivaktocht gepland vanaf Lescun. Ik wilde Wilma laten kennis maken met een mooie hoek langs beide kanten van de grens. Het zou een verkorte versie worden van een eerdere tocht (zie ook https://caltopo.com/m/TSL2 voor het nieuwe plan).
Bij nader inzien zou het toch te lastig worden voor haar en ik koos voor een zachtere versie met het comfort van een echt bed op het einde van iedere dag.
Het moet al wel 20 jaar geleden zijn dat ik met mijn dochter Marjan een tent tocht had uitgezet in de Cevennen.
De Elmar wandelgids "Cevennen en causses van Herman van Hilst (een boek uit 1990) was toen onze leidraad.
Terugblikkend had ik goede herinneringen aan tocht drie uit het boek "De vivarais Cévenol of de noordoostkant van de Cevennen.
Nu -eind juni- zou ik ze eens overdoen samen met mijn vrouw. Goed voor 108 km


Ik kreeg alle overnachtingen rond behalve voor de gîte d'étape van Thines. Van het gemeentebestuur kreeg ik een mail dat de gîte niet beschikbaar was voor individuele reizigers maar enkel open ging voor bubbels van max.10 personen voor een ganse week.
Zo was ik verplicht om toch nog tent, slaapmat en slaapzak mee te nemen voor die ene dag.
La bastide-Puylaurent was toen onze startplaats.
We overnachten op onze eerste dag opnieuw in het gasthuis L'Etoile
omwille van de herinnering aan de warme atmosfeer aan tafel die ik erbij had. 
Een hotel met een traditie die terug gaat tot de jaren 1930.
Weinig gasten. Covid laat zich hier ook voelen. Krijgen zonder meerprijs een grotere kamer aangeboden. Schuiven aan voor het avondmaal.
Aan tafel een man die de compostella route loopt en een groepje "mensen op leeftijd" die een fietstoer doen. Een vriendengroepje die verspreid over Frankrijk woont.
Daar zitten heel vinnige types tussen waar menig jeugd bij zou verbleken.
Philippe, de eigenaar is net als ik doorheen de jaren een stuk grijzer geworden.
De auto laten we achter in zijn omheinde tuin.
Vijf dagen later zullen we hem terug oppikken.

Dag 1:
L'Etoile - auberge du Bez

We blijven de ganse dag op GR 7. Het ontbreekt niet aan markeringen van tal van andere routes zodat het toch opletten blijft om op het juiste spoor te blijven. Best prettig wandelen.


Ik zie dat je ook zou kunnen overnachten in de trappistenabdij Notre-Dame-des-Neiges. De graat waarover we lopen trakteert ons mooie uitzichten. Net geen 1400 m hoog.
Nieuw voor mij was de blauwe toren die we tegemoet liepen. Veel vragen wat die daar stond te doen. Blijkt een onderdeel te zijn van een kunstenprojekt gekoppeld aan Partage des eaux een route die zo goed mogelijk de waterscheiding volgt  tussen de Atlantische en Middellands zee (op en rond de GR7).


Le-phare is een houten toren met binnenin op het verdiep tal van boeken. Mooie kleur blauw.
Met vensters in alle windrichtingen. 
Een plaats om te bezinnen.


Na het parpente heuveltje een laatste afdaling tot auberge du Bez waar we de rest van de namiddag door brengen op het terras. Eten een ijsje, lezen een boek voor het avondeten van 19.30u.
Ook hier weinig gasten.

Dag 2
Auberge du Bez - Thines

We vertrekken goed op tijd. Er wordt onweer voorspeld in de loop van de namiddag.
Het merendeel van de tijd volgen we de GR 4. 
Onzeker waar we in Thines onze tent op kunnen zetten.
Na Les Chambons zie ik het weilandje terug naast het riviertje waar we toen hebben gestaan.
De fontein die er toen langs de weg stond vind ik niet meer terug.


In Loubaresse drinken we een koffie op het kleine dorpspleintje. Mooi kader om te zitten. De café houder houdt zich heel strikt aan het coronaprotocol.
Het kleine kruidenierswinkeltje lijkt definitief zijn deur gesloten te hebben.
Even lopen we mis en moeten corrigeren om op de route te blijven;
Geregeld een groepje mountainbikers die de Trans-Ardeche doen.


Bij Pont de Bournet was het plan om een duik te nemen maar het water voelde frisser aan dan verwacht.
We moeten een tweede keer corrigeren wanneer ik merk dat we op de route naar Montselgues zitten (serre de Testé Rouge) ipv de route richting Thines.
De weg  is hier langs beide kanten afgezet met draad.
We kunnen geen kant uit.
Wanneer we uiteindelijk een hek vinden gaat het ongebaand in oostelijke richting naar een verzameling huisen (Chaptines) om zo bij Petit Paris terug op de route te komen.
Over de "Voie Romaine" gaat het op automatische piloot. Te breed spoor om te boeien. Ook erg stenige ondergrond.
Lastig lopen.


Terug bij de D4 en in de afdaling naar Thnes verlaten we de GR4.
Eindelijk terug eens een boeiende route over een smal oud pad dat de bergflank volgt. We ontkomen niet aan een kledingswissel wanneer het begint boven ons hoofd een onweer los breekt en het water met bakken uit de lucht valt.


Bij het water reservoir ter hoogte van Prévanchet is het vlak genoeg om evt de tent te zetten maar we vluchten verder naar beneden en gaan schuilen in de kerk. Het mooie dorpje lijkt verlaten.
Nog niet heel duidelijk waar we gaan slapen maar ik ging alvast onze watervoorraad aanvullen bij een kraantje naast het kerkhof.
De gîte is zoals verwacht gesloten. Ik stel Wilma voor om naar de expositieruimte te gaan om daar de regen uit te zitten. Ze oppert het idee om hier te overnachten. Ik twijfel of deze gedachte realistisch is. Ze verdwijnt naar buiten. Ik hoor haar roepen in het straatje. Op zoek naar een levend wezen.
Wat later komt ze glunderend terug.
"Het mag, het mag!!!"(nadat iemand een telefoontje naar het gemeentebestuur van Malarce had gedaan voor een goedkeuring).


En daarmee is het meeslepen van de tent eigenlijk overbodig geweest. Later komt een vrouw langs die tegenover de expositieruimte woont en zich voorstelt als de verantwoordelijke. Met hand en tand drukken we onze erkentelijkheid uit voor deze geste van het bestuur.


Ze komt nog een keer langs om ons twee flesjes pils te brengen. Eten koken deed ik buiten. De moerbei boom hangt vol zoet fruit.

Dag 3
Thines - Les Vans

Om 6.30u zijn we alweer op pad. Het beloofd een zonnige dag te worden.


Vandaag blijven we de ganse dag op de GR4. Over een smal pad klimmen we tot bij de drie kruisen en krijgen een mooie terugblik op Thines. Wat lager vallen de huizen bij la Blachette op.


Erg troosteloos is de afdaling naar Malarce. Veel bomen zijn er gerooid en met veel bruut geweld zijn de stammen uit het bos getrokken. Heel de helling en daarmee ook het oude zigzag pad totaal verminkt.
Zonde.
Na Malarce lopen we over een heel gevarieerd traject naar Les Vans.
Het sjielpen van de krekels, de zinderende warmte, kruidelige geuren die de lucht vullen...
Oude paden, terrasbouw, vervallen gebouwen overwoekerd door boom en struik...
Jeugd die aan de Chassezac verkoeling zoekt in het water.


Je kan vandaag op verschillende plaatsen het water opzoeken. Soms zo diep dat je de bodem niet kan raken (zoals bij Pont du Nassier). We lopen echter door.
Het is een lange dag geweest.
Vandaag wordt Le Carmel onze overnachtingsplaats.
De voorkant van het gebouw ziet er erg sober uit. De parking zo goed als leeg. De tuin is echter heel uitnodigend. Ook hier weer krekelgeluiden die voor de sfeer zorgen.
Drinken eerst iets fris voor we onder de douche gaan.
Allebei wat te moe om nog de stad in te trekken.
Maken kort kennis met het water in het zwembad van het hotel.
 Tegen 20u begint wat meer volk toe te stromen.
Niet iedereen slaapt hier. Het merendeel lijkt af te komen op de restaurant. We nemen het er zelf ook goed van.

Dag 4
Les Vans - Villefort

23 jaar geleden had ik dit traject moeten schrappen. Het was op dat moment veel te warm om mijn dochter, toen 14 jaar haar dat stuk voor te leggen.
We zijn toen met het openbaar vervoer via een lange omweg (met de bus tot Alés en dan met de trein) tot Villefort geraakt.
Geologisch een andere streek nu we door kalkgebied lopen. Her en der vind je afdrukken van Ammonieten terug. maar ook borden dat het verboden is om fossielen te verzamelen.


Het is al levendig wanneer we afdalen naar het centrale plein van Les Vans. In eerste instantie gaat het naar het middeleeuwse dorpje Naves en maken dan een doorsteek via Les Alauzas naar Serre de Barre om dan opnieuw aansluiting te maken met de GR 44.


Via Brahic zou het een te lange dag worden. Heel erg verrast toen we in onze klim naar Serre de Barre al joggend Brigitte tegen kwamen. We zijn haar al tegengekomen op onze eerste dag in het gasthuis L'étoile als enige vrouw van het groepje fietsers.
Op zich niets zo bijzonder zou je denken maar inmiddels 66 jaar. Twee jaar terug was ik al eens in deze streek geweest tijdens een gezinsvakantie op camping Le Pradel.
Een wandeling over Serre du Cocu kan ik ook van harte aanbevelen. Door de karstwerking is het een contrastrijke omgeving om doorheen te lopen.


Je kan het je gemakkelijk maken door vanaf de antenne de onverharde weg te nemen maar het is avontuurlijker om je te richten op de GR markeringen die wat meer de graat volgen. Parapente omgeving.


Over het algemeen was ik erg tevreden over het traject tot Villefort ondanks dat er korte stukken verharde weg tussen zitten en de paden geregeld "auto breed" zijn. Overnachten deden we in de gite d'étape van Le Mas des Sédariès
Al is het al begin juli, ook hier blijft het erg stil. Naast ons had er nog slechts één persoon een bed geboekt, voor de rest was de gite leeg. We hadden avondmaal en ontbijt besteld.
Er is dus voor ons alleen gekookt. Onderweg hadden we beslist om morgenvroeg de trein te nemen tot La bastide de Puylaurent.
Overmorgen is er een familiebijeenkomst waar we graag bij zouden zijn.

Dag 5:
Villefort - La Bastide de Puylaurent.


We hebben de trein genomen.
Tegen 10 uur waren we terug bij de auto. 
Ga je te voet dan zal je weinig moeilijkheden ondervinden. Je volgt de GR 72.
La garde - Guérin is een bezoek waard.

Route overzicht:

Op enkele details na klopt hij vrij aardig en heb je hiermee een goed handvat om op het juiste pad te blijven. Gebruik aanvullend de GR markeringen onderweg als baken.

Periode:
Tijdens de zomermaanden kan de hitte hinderlijk zijn. Denk voor deze tocht ook aan de maanden mei, juni en september,oktober.
Deze tocht is ook goed te doen met de tent. Met wat planning is bivakkeren best te doen. Onderweg genoeg vlakke, geisoleerde plekken tegen gekomen die dat mogelijk maken.

Foto's:










 

Reacties

  1. Leuk verslag Ivo, wij genoten ook van de Cevennen ergens begin jaren 90. Zo te lezen gaan de veranderingen naar het moderne leven er nog op mensenmaat. Groet Benny

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts